Subliem!
“Een lauwe wind steekt op en doet de kruinen van de canada’s ruisen alsof ze een conversatie voeren. Canada’s zijn ernstige bomen, ze ritselen geen woord te veel.”
Vanaf deze eerste zinnen had Max Temmerman mij in zijn greep… en liet mij niet meer los. Ik zat gevangen in zijn verhalen, in zijn schrijfstijl. Verhalen over een gekwiekste inbreker die nooit tegen de lamp loopt, die inbreekt in huizen en levens van andere mensen. Met het inbreken neemt hij een kleine wraak, onopvallend en subtiel, op diegenen die zich ongevraagd met zijn leven hebben gemoeid.
“Ik hou ervan andermans leven aan te snijden. Eens je voet zet in een huis waar je niet verondersteld wordt te zijn, gebeurt er iets vreemds.”
Ik heb alles met een glimlach gelezen, terwijl ik ook constant verwonderd bleef over de nonchalante én zeer doordachte schrijfstijl. Max Temmerman beheerst een origineel en rijk taalgebruik waarin alle zintuigen worden aangesproken, waarin zoveel herkenbaarheid zit door de knappe observaties. Zo voelde het alsof ik, net als in mijn jeugdjaren, terug aanwezig was op het Sint Jansplein in Antwerpen, terug op de aparte grens van Belgisch Kapellen en ‘Hollands’ Putte!
Max Temmerman laat het aan de lezer over om de scheiding tussen waarheid en fantasie zelf te bepalen. Zijn vriend Clint, Miss Divina Commedia, de Bomma,… wie zou ze niet willen stelen als ze in je leven voorbijkomen? Maar de tederste verhalen, naar mijn gevoel, blijken illusies te zijn, of toch niet?
“Wat ik nog wilde zeggen: het is niet omdat de parallellen tussen schrijven en inbreken voor de hand liggen, dat je ze niet moet trekken: met elk nieuw boek breekt een auteur binnen in het gevoelsleven van zijn lezers.”
Zo wordt ook het schrijverschap op de korrel genomen. Persoonlijke gedachten en gebeurtenissen (of toch weer illusies?) worden gedeeld, waardoor je het gevoel hebt zelf een inbreker te zijn in het leven van de auteur die besluit zich niet meer te verschuilen en naar buiten te treden met zijn vondsten, zijn verhalen. Bedankt hiervoor!