het leven wordt groot in zijn kleine momenten
AL HET BLAUW VAN DE HEMEL. Mélissa da Costa. ****
Het boek stond op mijn lijst, en toen kreeg ik het van een lieve vriendin voor mijn verjaardag. Intussen werd het boek door de helft van de lezers de hemel in geprezen, anderen haakten af nog voor de helft, o.a. wegens te veel van hetzelfde. Ik zou wel zien. Hoe dan ook, het thema intrigeerde me. Dementie sowieso, als je zoals ik zeventig bent geworden, jong-alzheimer leek me het zwaard van Damocles boven je hoofd. Maar ook de naderende dood die je bewuster maakt van het leven. Ik denk dat ik hetzelfde had gedaan als Emile. Op reis vertrekken in plaats van gepamperd te worden of als proefkonijn te dienen tussen witte ziekenhuislakens en -muren. Ik denk dat, als ik in de omstandigheden van Joanne was, hetzelfde had gedaan: ingaan op zijn advertentie en met hem mee gaan. Emile moet leren leven om het te kunnen loslaten, zij moet het leven dat ze had losgelaten leren terugvinden.
Vanaf de eerste bladzijden was ik in de ban van de stijl. Vooral de korte, doodeenvoudige dialogen die zoveel méér zeggen dan er staat. Ik was ook in de ban van hoe hun verstandhouding zich subtiel ontwikkelt én hoe het verhaal structureel wordt opgebouwd, tot de cirkel rond is.
Het is waar dat het ‘veel van hetzelfde’ is, dat er weinig nieuws gebeurt. Ze trekken verder, ontmoeten fijne mensen die bijdragen aan, vooral ook hun innerlijke, reis. Emile wordt slechter maar tijdelijk ook altijd weer wat beter, tot het onvermijdelijke einde. En toch lijken de dagen te kabbelen, op die paar schokgolven na. Maar is dat niet het leven zoals het is, als je het benadert in het hier en nu, met aanvaarding én toch aandacht om te voelen, maar het te laten zijn? Er zijn woelingen, maar de innerlijke rust overheerst.
Het boek maakte me weemoedig-blij. Of blij-weemoedig. Afhankelijk van.
Waarom dan vier en geen vijf sterren?
Misschien toch een beetje te veel herbenoemen van de mindfulness (dat was ook duidelijk zonder de woorden, gewoon uit hun gedrag, uit hun zijn). Misschien wat minder citaten uit ‘De alchemist’ van Paolo Colelho, al staat ook mijn exemplaar vol potloodstrepen en uitroeptekens.
En naar het slot toe – afgezien van haar plotse inzicht, als de cirkel gesloten wordt - verloor het boek voor mij, iets van zijn ‘evenwichtigheid’, de emoties kantelden af en toe net té naar wat sentimentaliteit. Wat dat betreft had ik liever de ingetogenheid gehad die in de meeste delen van het boek overheerst. Ik weet ook niet of ik, zelf als auteur, de laatste pagina’s had toegevoegd. Ik begrijp de keuze. Maar ik twijfel. Ik had dat, denk ik, als lezer ook graag op mijn manier in gevuld, al was dat misschien dezelfde geweest. Maar het hoefde niet ‘voorgekauwd’ te worden. En misschien is dat ‘voorkauwen’ wel de kern van de lichte irritatie bij al die benadrukte mindfulness. De personages leven het, de nadruk in de woorden lijkt de behoefte van de auteur (waar het hart van vol is, loopt de mond van over).
Maar verder: een mooi, ontroerend, menselijk verhaal, waarin ik stilletjes ben meegegaan.
Synopsis
Een jongeman die op 26-jarige leeftijd de diagnose jong-alzheimer krijgt, besluit het ziekenhuis en het medeleven van zijn familie en vrienden te ontvluchten. Via een advertentie vindt hij een jonge vrouw die hem wil vergezellen op zijn laatste roadtrip.