een vernuftige parabel van de huidige tijd
Citaat: " Die pastoor: de man danste en zong, hij klapte luid en juichte samen met ons. En hoe hij sprak, madame, dat was niet te geloven, zo mooi. Hij sprak de hele tijd in een ritme. Taaa ta ta taaa. God is so great, we are the sinners, taaa ta ta taaa, Hij had zo’n stalen blik in zijn ogen. Begrijp je? Alsof hij het allemaal wist, alles."
In Michiel Cox' debuutroman, Messias van niks, staat het fictieve Vuchelt om de drie jaar volledig op zijn kop. Van over de hele wereld komen mensen naar het stadje om er getuige te zijn van de processie ter ere van de middeleeuwse dichteres Hadewijch. De inwoners menen zeker te weten dat de begijn haar laatste jaren in hun woonplaats sleet. In de processie wordt zelfs haar vermeende schrijftafel als een relikwie rondgedragen. 'De minne es al', misschien wel Hadewijchs bekendste regel, geldt er niet alleen als een uiting van diepe en wellustige godsvrucht, maar ook en vooral als een strijdkreet. Cox zet een aantal types in zijn wereld die maar al te herkenbaar zijn - zeker in deze tijd van militante onvrede en een angstige terugkeer naar het geloof en de irreële beloften van populisten. Hij laat de Groningse journaliste Miriam verzeild raken in het gehucht, waar alles gaat zoals het altijd is gegaan en tot voor kort niemand ooit vragen stelde. Cox deelde zijn roman in drie delen in, die de gebeurtenissen grofweg ordenen, daarnaast biedt hij vier personages elk hun eigen kijk op het verhaal. Aan elkaar gekoppeld, leest Messias van niks zo als een samenhangend geheel, dat begint met een sterke intro. De plotselinge komst van een excentrieke vrouw, Odetta, is de aanleiding van alle oproer en verwarring. Odetta is, dat wordt meteen duidelijk, geen plattelandstype, wat zich vertaalt in brutale initiatieven, waar de dorpelingen slechts moeizaam op weten te reageren (In Vuchelt beweegt het leven zich traag, trager dan in de hoofdstad, dan in Heuksel). Cox' wereld wordt namelijk deels bevolkt door mensen voor wie het leven niet heeft gebracht wat ze ervan hadden verwacht, of waarop ze zelfs recht meenden te hebben. Mensen als André, een al wat oudere man die na een weinig opwindend bestaan letterlijk uitgepraat is. En Sven, een arrogante, misogyne jongeling die de wereld de schuld geeft van zijn impotentie. Mensen zoals er zovelen zijn, en die overal ter wereld achter nieuwe messiassen aanlopen. Hij laat de Groningse journaliste Miriam verzeild raken in het gehucht, waar alles gaat zoals het altijd is gegaan en tot voor kort niemand ooit vragen stelde. Cox deelde zijn roman in drie delen in, die de gebeurtenissen grofweg ordenen, daarnaast biedt hij vier personages elk hun eigen kijk op het verhaal. Aan elkaar gekoppeld, leest Messias van niks zo als een samenhangend geheel, dat begint met een scene waarin veel onrust al achter de rug is. Met flashbacks en -forwards wordt vervolgens stap voor stap duidelijk wat het provinciegat zo drastisch uit een diepe slaap heeft gehaald. De plotselinge komst van een excentrieke vrouw, Odetta, is de aanleiding van alle oproer en verwarring. Haar komst was voor Vuchelt de gebeurtenis van het jaar: een nieuwe inwoner is even uitzonderlijk als een niet-failliete winkel. Odetta is, dat wordt meteen duidelijk, geen plattelandstype, wat zich vertaalt in brutale initiatieven, waar de dorpelingen slechts moeizaam op weten te reageren (In Vuchelt beweegt het leven zich traag, trager dan in de hoofdstad, dan in Heuksel’). André, de al vijftien jaar zwijgende man van wierookverkoopster Jeannine, begint Odetta’s komst opeens weer te praten. Sven, de onder meer met zijn potentie worstelende ‘oudere jongere’, ervaart nieuwe hoop, de (ongelovige) mijnheer pastoor raakt verstoord, aangezien zijn autoriteit opeens niet langer vanzelfsprekend is, en Miriam, de Hollandse journaliste, voelt dat hier een fantastisch verhaal in zit. . Na een wellustige seksuele ervaring die haar haar huwelijk heeft gekost, heeft Odetta een rotsvast vertrouwen in de 'minne' gekregen. Hadewijch is hierin haar De minne lijkt écht al te zijn, helemaal als Odetta terminaal wordt verklaard, maar na een maand tot Hadewijch te hebben gebeden claimt volledig genezen te zijn. Dat is het moment waarop de zinsbegoocheling de mensen pas echt in de ban krijgt. Messias van niks is een vernuftige parabel van de huidige tijd. Cox analyseert sterk hoe persoonlijk ongenoegen kan omslaan in algemeen onbehagen, en hoe klein de stap kan zijn van een geschiedenis die welwillend wordt opgerekt naar totale geschiedvervalsing. Messias van niks is een heel sterk debuut met filmische taal die de verbeelding van de lezer laat werken.
Synopsis
Als een vrouw in een Vlaams stadje de driejaarlijks aan Hadewych gewijde processie tracht te kapen, lopen de gemoederen zeer hoog op.