Prachtig psychologisch en donker verhaal met zwier verteld
Met Coniferen brengt Max Temmerman (1975) na verschillende dichtbundels te hebben geschreven zijn debuutroman uit.
Coniferen is een 'roman noir' geworden, in de traditie van de verhalen van de Belgische misdaadauteur Georges Simenon over zijn wereldberoemde commissaris Maigret. Het boek is van een subtiele spanning voorzien die doorheen het boek slim wordt opgevoerd. Naar het einde toe wil je steeds meer weten wat de verteller, de hoofdpersoon in het verhaal, nog aan geheimen te onthullen heeft. Het is het verhaal over het leven van die verteller en zijn zus Marianne, hoe ze als kind samen opgroeiden, plots hun ouders verliezen als ze beiden nog erg jong zijn en ze met elkaar verder moeten.
De zinnen van Temmerman meanderen zwierig doorheen het boek en brengen een eerder zwaarmoedig verhaal tot leven dat in het teken staat van verlies, waanzin, achterdocht, plotse rijkdom en de daarbij horende jaloezie. Toch is het niet zo dat het boek zwaar om lezen is dankzij de poëtische en sfeervolle taal. Steeds keert de verteller terug naar het heden van waaruit hij in verschillende etappes – grotendeels maar niet helemaal chronologisch – zijn verleden uit de doeken doet. Zo word je meegezogen in een donker psychologisch verhaal met een verrassend einde waardoor je als lezer toch even verbijsterd achterblijft.
Mijn complete recensie lees je op hebban.nl.