Jaloezie, nijd en achterdocht
“Er hangt een sensuele sfeer in huis, een merkwaardig geladen spanning in drie hoofden en in drie lijven.”
‘Twee broers, één vrouw’ van Paul Béatse begint tragisch. Mang zit aan het sterfbed van Miranda, wachtend op zijn broer Jean. Tien jaar lang hebben ze samen op het Pietershof gewoond.
In de volgende hoofdstukken wordt hun gezamenlijke geschiedenis langzaamaan duidelijk. Hoe en waarom kwam Miranda bij de broers terecht? Waarom heeft ze geen contact meer met haar familie? Miranda heeft alvast voor wat bruisend leven op het erf, in de keuken en in bed gezorgd… maar ook voor verlangen en rivaliteit. Want twee ongetrouwde broers en een jonge aantrekkelijke vrouw, daar komen uiteraard problemen én roddels van.
Paul Béatse weet de personages bijzonder goed te typeren. De wulpse Miranda is zeer ondernemend en praktisch ingesteld. Zij neemt bij haar komst op het Pietershof meteen de touwtjes in handen. Ook voelt zij in elk woord de spanning tussen de broers. Mang, die de zorg voor de boerderij op zich neemt, is eerder zorgzaam. Tussen hem en Miranda is er meteen een goede connectie. Jean, een zakenman die veel op de baan is, is onbehouwen en onberekenbaar. Hij versiert al wat er in zijn buurt komt en gebruikt vaak harde taal. Mang wil niet dat Jean het aanlegt met Miranda, maar kan hij dit voorkomen?
De auteur verrast zijn lezers vaak met één zin die een nieuwe wending aan het verhaal geeft of verrassend nieuws inhoudt. Er komen absoluut een paar heftige thema’s aan bod. Binnen de hoofdstukken wordt er vaak van perspectief gewisseld in korte fragmenten en gedachten. Hierdoor had ik even tijd nodig om in het verhaal te komen. De uitstap naar Parijs en Amsterdam vond ik eerder overbodig, maar de situaties typeren Jean wel goed. Toch was ik liever op het Pietershof gebleven waar de Vlaamse boerenstiel knap in beeld wordt gebracht, vaak met mooie natuurbeschrijvingen.
Deze roman over jaloezie, nijd, achterdocht én liefde heeft me zeker verrast. Zowel de inhoud als de schrijfstijl wijken een beetje af, maar dat zie ik enkel als een pluspunt.
En wat een knap einde… hoe de rivaliteit er voor altijd zal blijven.