zonderlijke personages.
Allard Schröder werd één van mijn favoriete Nederlandstalige schrijvers door zijn schitterende roman Grover (1999) over de lotgevallen van een grof besnaarde bankbediende Grover, genomineerd voor de AKO-Literatuurprijs en de ECI Literatuurprijs.
In Sellinger : Wenst, het tweede boek beschrijft Allard Schröder het fictieve Groningse gehucht Wenst, waar de tijd stilstaat en dat wordt bevolkt door zonderlijke personages.
Het boek bestaat uit zeven verhalen die zich allemaal afspelen in het dorp Wenst in de jaren 1950. Daarmee is het boek het vervolg op Schröders verhalenbundel uit 2010, die dezelfde naam als het dorp draagt.
Het titelverhaal dat mij bijzonder trof door zijn verhaalplot, speelt in 1951. Het verhaal wordt verteld vanuit Else Obbinge die destijds smoorverliefd op Sellinger was. Zij had altijd gedacht dat de jood Sellinger was omgekomen in de kampen en zoekt nu opnieuw toenadering tot haar grote liefde, die opnieuw is opgedoken. Schröder laat de liefde opnieuw opbloeien en confronteert de lezer met de bekrompenheid en de vijandigheid van het dorp tegenover buitenstaanders. De te hoge verwachtingen van Else worden uiteindelijk bijgesteld aan de wrange werkelijkheid.
Alle verhalen spelen zich in dat trieste Wenst af en Schröder slaagt erin die verhalen een herkenbare sfeer mee te geven. Desalniettemin heeft Schröder een unieke stijl die direct herkenbaar is wegens een mix van romantiek en bijtend realisme.
Synopsis
Verhalen over een fictief dorp in Oost-Groningen.