Het verhaal van Heindert
“Kon je niet langer wegblijven, rotmof?’ had iemand eens gezegd. Ik negeerde het. Ik wist ook niet goed waarom ze dat zeiden. Ik hoorde bij mijn moeder en zij bij mij, daar veranderde niemand iets aan.”
Oostwaarts is de debuutroman van Jolanda Ivonne Clément. Het verhaal wordt verteld door de 11-jarige Heindert. We noteren 1952. Heindert woont met zijn moeder, Suze, in Oud-Albas (provincie Zuid-Holland in Nederland). Ze moeten voor de zoveelste keer weeral verhuizen, maar deze keer is het blijkbaar zeer dringend. Heindert heeft nog net tijd om afscheid te nemen van zijn vriend Floris. En dan vertrekken hij en Moe samen op één fiets naar een nieuwe onbekende bestemming.
Onderweg stoppen ze bij Oma en Hendrik Noorland, de naam Opa wordt hier niet genoemd. Begrijpelijk, want de band tussen Suze en haar vader heeft jaren geleden een dieptepunt bereikt. Als Oma tegen Heindert over de relatie van Suze en een Duitse soldaat vertelt, vallen de puzzelstukjes op hun plaats. Heindert begrijpt nu waarom hij steeds zo wordt gepest en genegeerd, waarom ze hem een ‘moffenjong’ noemen.
“Als ik oma moest geloven dachten de mensen dat wij even slecht waren als de Duitse bezetter: oorlogsmisdadigers en jodenvergassers. Maar we hadden niets gemeen gedaan. Moeder was alleen maar verliefd op Hans Brien en hij op haar.”
Waarom deze verhuizing belangrijker was dan de vorige, wordt langzaamaan duidelijk. Ik bleef steeds nieuwsgierig, benieuwd naar de afloop. De spanning neemt nooit echt de overhand, maar is toch steeds aanwezig. De karakters van Heindert en Suze worden mooi uitgediept. Hoe de moeder lijdt onder de vernederingen die ze in het verleden moest ondergaan (en nu nog), hoe ze een enorm schuldgevoel met zich meedraagt om hetgeen ze haar zoon aandoet… dat hakt er toch wel in hoor. Ook hoe Heindert steeds meer te weten komt over zijn afkomst en hoe hij daar mee omgaat, is knap weergegeven. Voor een 11-jarige jongen heeft hij soms toch wel zware gedachten en zorgen. Maar ook zijn gevoelige kant en zijn liefde voor de natuur komt mooi tot uiting. Een dromer, een pientere en beleefde jongen. Soms is hij boos op moeder, maar die gedachten maken dan snel weer plaats voor begrip.
Suze heeft vaak stille buien. Ze is dan afwezig, heeft last van hoofdpijn en doet rare dingen. Helemaal in gedachten verzonken, volledig uit deze wereld verdwenen. De auteur weet dit zeer goed over te brengen op de lezer. Droom, werkelijkheid of hallucinaties… het was me soms onduidelijk, maar het geeft perfect weer hoe Suze zich voelt. In deze moeilijke periodes neemt Heindert de zorg voor Moe op zich. Volgens hem lijdt ze aan het Polygoon-syndroom. Wat dat betekent, wordt in de loop van het verhaal duidelijk. De liefdevolle verbinding tussen moeder en zoon is zo voelbaar. Suze wil het beste voor Heindert, maar wat is het beste? Haar relaas is erg aangrijpend, haar twijfels en onvermogen kon ik best begrijpen. Een zeer intense reis dus. En die reis gaat inderdaad oostwaarts. Zwolle, Baarn, Amersfoort, Groningen, Nieuweschans,… Ze reizen met de fiets, de trein, te voet en uiteindelijk zelfs met de auto. Heindert heeft blijkbaar goed opgelet tijdens de lessen aardrijkskunde want hij weet over elke plaats en streek wel iets te vertellen. Het brengt even rust in zijn hoofd, maar ook voor de lezer is dit wel fijn.
Oostwaarts zet ook aan tot nadenken over hoe mensen worden gestraft, genegeerd, gepest… omwille van hun afkomst. De kuddegeest en kortzichtigheid is niet enkel een verhaal van toen. Maar er komen ook mooie mensen op de weg van Heindert en Moe, mensen die verder kijken dan de afkomst. Een mooie levensles. Het verhaal eindigt met een knappe symboliek, een glimlach is hier heel terecht. En dan is er nog die verrassende epiloog, een mooie ode aan sterke vrouwen en aan de vriendschap.
Ik vond Oostwaarts mooi in zijn eenvoud, en toch ook heel indringend. Heindert heeft een plekje in mijn hart veroverd… en Moe natuurlijk ook. Bedankt voor dit mooie verhaal Jolanda Ivonne Clément! Van mij krijg jij vier welverdiende sterren.
“Soms zijn dingen zuur, soms onzeker, maar er wacht altijd een lente op je, altijd een zomer.”