Groeien door pijn.
Een boek over schaken, over broers, familie, rouw, verlies, overleven. Intermezzo is een ‘echte Rooney’ en ook niet.
Als dit boek door iemand anders was geschreven had ik het nooit gelezen, ik zou denken dat het niet echt mijn ding was. Maar een Rooney lees ik, gretig en graag. Voor het eerst zijn de hoofdpersonen geen geliefden maar twee broers, mannen dus. Daar hou ik blijkbaar ook van. ‘Rooney-mannen’ zijn fijne mannen; denk maar aan Connell en Nick.
De schrijfster van Normale mensen (wat een boek, wat een serie) schrijft zoals steeds over echte mensen. Mensen met angsten, onzekerheden, twijfels, tegenstrijdigheden en ja, ook hun gemurmel. Want zo zijn mensen in het echte leven ook: ze maken hun woorden/zinnen niet af, maken cirkelredeneringen en springen van de hak op de tak.
De liefde an sich vormt niet langer het hoofdthema, familie wordt belangrijker, ook zelfgekozen familie. Er wordt geworsteld met afkomst, verantwoordelijkheidsgevoel, loyaliteit, leeftijd, jezelf opnieuw (uit)vinden,… Rooney beschrijf dit allemaal zo teder, trefzeker, doorvoeld en soms zelfs Virgina Woolf ‘stream of consciousness’-achtig. Prachtig.
‘Als stem van haar generatie’ groeit zij mee, wordt ze ouder, net als (sommige) van haar personages. Hoever ze ook van je afstaan, je gaat van ze houden, hen begrijpen, met ze meeleven. Je wil ze stuk voor stuk in je armen en hart sluiten. En blijven koesteren.
Synopsis
Twee broers, een succesvolle advocaat en een bedachtzame schaker, proberen elk op hun eigen wijze om te gaan met de dood van hun vader. Beiden zoeken troost bij vrouwen, maar het liefhebben van een ander blijkt ingewikkelder dan gedacht.