Unieke en meesterlijke roman en terechte dubbele prijswinnaar
'Het lied van ooievaar en dromedaris' heeft me dertien heerlijke leesuren lang helemaal opgeslorpt. Ik kon niet meer stoppen met lezen. Het is een heel herfstig boek. Iedereen sterft de hele tijd. Zodra je je aan een personage hecht, wordt plastisch beschreven hoe de longtering haar opteert. De dood is overal, meedogenloos en beslist niet mooi. Stank, vliegen, maden, ogen die niet willen sluiten, het wordt zo gedetailleerd en levensecht beschreven dat je er bijna van moet kokhalzen. Geen enkel personage mag op mededogen van de schrijfster rekenen.
Het is een koud en grimmig boek vol mysterieuze vrouwen, vol zussen die onvoorwaardelijk van elkaar houden, vol gegoede dames die arbeidsters of meiden worden, vol geesten en gesprekken met doden. Was elk verhaal een aparte roman van 600 blz geweest, ik had het nog boeiend gevonden. Zeker het magistrale verhaal over Phoebe (Lena/Penny) Deering had gerust dubbel zo lang mogen zijn. Briljante uitwerking van een originele premisse. Het verhaal dat daarna volgde, dat van Laure en Amélie, kon me als enige verhaal iets minder boeien, misschien omdat het zo ondankbaar na het verhaal van Phoebe kwam.
Alas, my lord, I have but kill'd a fly.
De samenhang tussen de verhalen zit in de talrijke terugkerende motieven die telkens een stukje aan de puzzel van Eliza May Drayden leggen. In een interview zei de auteur dat ze soms niet meer wist of ze een idee al gebruikt had in het boek. Misschien ligt daar de oorsprong van de terugkerende motieven, maar liever wil ik geloven dat het bewust zo door Anjet Daanje gecomponeerd is. In elk hoofdstuk vliegt er minstens één vervelende vlieg rond, die meestal geen goed nieuws aankondigt. Talrijke zussen worden al dan niet samen in ongewijde grond begraven, en op hun ongewijde graven groeien de bramenstruiken rijkelijk. De vijf grote keien in de kist van Eliza May duiken steeds weer op. We volgen de levensloop en het tragische lot van een boekje met aantekeningen. We zien hoe de geschiedenis aan een foto een verkeerde betekenis toekent. En het zit allemaal zo slim in elkaar. Pas in het laatste hoofdstuk komen we bijvoorbeeld te weten waar de schijnbaar terloops vermelde vreemde wonden op het dode lichaam van onder meer Eliza vandaan kwamen.
Heathcliff is more myself than I am
Eliza May Drayden is natuurlijk gebaseerd op Emily Bronte: Emily=Emery/Eliza=Ellis, ook weer zo clever van Anjet Daanje. De incestueuze zussenrelaties deden de wenkbrauwen fronsen, tot wanneer Ute tegen Dagmar zegt: “Jij bent meer mij dan ikzelf”, wat een letterlijke quote uit Wuthering Heights is: “Heathcliff is more myself than I am”. Op dat moment realiseerde ik me dat Heathcliff en Catherine natuurlijk ook een dubieuze soort-van-broer-zus-relatie met elkaar hadden.
Ook deze verwijzing naar Jane Eyre deed me een beetje grinniken: “Het noodlot heeft het ideale moment afgewacht, zegt zij, het treft ons omdat jij naar Eliza May Drayden bent vernoemd. En dan heeft hij er echt genoeg van. Boos zegt hij dat het boekje is verdwenen, zie je dat niet, omdat jij naar Jane Eyre bent vernoemd, Mr Rochester liet zijn krankzinnige vrouw verdwijnen, zegt hij, misschien moeten we nog eens op zolder gaan zoeken.”
Ik vraag me af hoeveel verwijzingen naar de Brontes ik zo nog gemist heb.
(Naar aanleiding van dit boek ben ik zo’n twintig jaar na mijn eerste lezing ook nog eens aan Wuthering Heights begonnen, maar ik krijg het maar mondjesmaat geluisterd omdat de personages zo antipathiek zijn. Irritant mens, die Cathy. Ze moet qua narcisme zeker niet onderdoen voor Heathcliff.)
‘Het lied van ooievaar en dromedaris’ was een belevenis. Het is onder mijn huid gekropen. Het hield me vast van het eerste woord tot het laatste. Na elk verhaal moest ik even pauze nemen om te bekomen en na te denken over wat ik nu gelezen had. In het allerlaatste hoofdstuk moest ik dat zelfs meerdere keren, om de beschouwingen over tijd en chaos en tijdloosheid ook maar een klein beetje te kunnen vatten, maar ook dat hoofdstuk was zonder meer adembenemend, en het hakte er ook om persoonlijke redenen nog eens extra in.
Wat een volstrekt uniek en meesterlijk boek en een terechte dubbele prijswinnaar. Anjet Daanje kreeg namelijk zowel de Libris als de Boekenbon Literatuurprijs voor Het lied van ooievaar en dromedaris. Daarmee is ze de eerste auteur die met hetzelfde boek de twee grote Nederlandse literaire prijzen wint.
Synopsis
Elf personen vertellen het verhaal van een Britse schrijfster van een uitzonderlijke roman, die in de loop van de honderdzeventig jaar na haar dood de erkenning vergaart die zij tijdens haar korte leven moest ontberen.