Sterke vrouwen in een woelige tijd

Door de ontwikkeling van de stoommachine ontstonden op het einde van de 19° eeuw bij ons de eerste fabrieken. In die periode vroegen ook vrouwen zich af waarom zij niet zelfstandig handel mochten drijven. Enkele vrouwen negeerden de “oude cultuur” en zetten door.

Deze roman begint in 1892, een tijd waarin de industrialisering zich doorzette. Het was ook een tijd waarin er nog steeds grote verschillen bestonden tussen de werkende bevolking en de “hogere stand”. Vrouwen hadden in deze tijd helemaal geen rechten, ze waren ondergeschikt aan de man.

Rijke heren mochten fabrieken leiden, vrouwen niet, enkel omdat ze vrouw waren. Sommigen namen dit niet langer, maar de adel verzette zich tegen deze “vernieuwingen”, ze wilden alles laten zoals het was, om geen enkel risico te lopen om hun vele privileges kwijt te raken.

Maar dan begint in 1914 WO I met een zeer gewelddadige opmars van de Duitsers door België en later de vele slachtoffers in de loopgravenoorlog. Voor vele taken waren er handen tekort, zodat ook hierdoor vrouwen soms dingen deden, die enkele jaren ervoor ondenkbaar waren.

Van Der Vlugt beschrijft al deze items in een verhaal rond een jonge adellijke vrouw die haar ouders is verloren en die de droom van haar vader wil uitvoeren : het opzetten van een kaasfabriek. Ze kan dit niet alleen en vraagt een jonge boer om haar compagnon te worden.

Het is een vlot leesbaar verhaal geworden waarin heel wat historische figuren, plaatsen en gebeurtenissen vermeld worden, maar er ook een liefdesgeschiedenis en wat drama door wordt geweven. In het middendeel komt dit voor mij te veel op de voorgrond wat me irriteerde, maar al bij al vond ik het boeiend geschreven.

Een origineel en geschreven verhaal met een beetje romantiek maar met vooral een degelijke beschrijving van een woelige tijd, waarin vrouwen “hun mannetje” stonden en hun plaats opeisten.

Ondanks het wat “zoetige” middendeel, zeer het lezen waard.