Wat en hoe leest Phara de Aguirre
door Tony Vanderheyden
“De wereld kun je nooit helemaal kennen, maar je kunt geen werelden genoeg kennen."
Ik zag dat je interviewtechnieken gedoceerd hebt aan het conservatorium van Antwerpen. Ik heb dus zeer sterke vragen voorbereid, zoals bijvoorbeeld: vindt u lezen belangrijk, Farah?
Natuurlijk, ja. Er klopt iets niet als ik niet in een boek bezig ben, het is altijd een deeltje van mijn leven. En tussen twee boeken in, voel ik dat er iets ontbreekt. Ik lees op twee manieren. Ik lees professioneel voor wat ik aan het doen ben en ik lees puur voor wat bij mijn leven hoort. Ik moet lezen. Als journalist zeg ik altijd, je kan geen werelden genoeg kennen. En dat zie je in de dingen die ik maak, de reportages die ik maak. Maar dat is ook wat lezen voor mij is: een manier om nog meer werelden te leren kennen. De wereld kun je nooit helemaal kennen, maar je kunt geen werelden genoeg kennen.
Ik had ook niet verwacht dat u ging zeggen dat lezen niet belangrijk was. Welke mensen zouden er nee op antwoorden?
Ja, ik ken mensen die niet lezen. We hadden onlangs een bijeenkomst met de jeugdrechters en de jongeren over wie we een programma gemaakt hebben. Ik bracht een van de jongeren naar huis en die leest heel weinig omdat zij geen tijd heeft. Die heeft drie kinderen en nog een pluskind.
Er zijn verschillende groepen niet-lezers natuurlijk. Die in een bepaalde context er niet toe komen en anderen die zeggen: het is niet belangrijk, geen zin in. Bijvoorbeeld mijn jongste zoon. Die leest heel weinig. Ik geef hem af en toe dingen om te lezen, maar ik merk dat dat nog zo niet in zijn systeem zit. Dus als je dat niet doet, als je er geen tijd voor maakt, dan vind je het niet belangrijk.
Werden jullie thuis gestimuleerd tot lezen? Jullie waren met velen thuis, niet?
Ja, we waren met negen. We gingen naar de bibliotheek, die bij de parochie hoorde, zo'n kleine bibliotheek. Daar ben ik heel veel naar toe gaan, heel veel boeken gaan halen. Mijn moeder zag ik niet vaak lezen omdat ze dus negen kinderen had. Mijn vader zag ik heel vaak werkdocumenten lezen, ook de krant. Lezen was zeker aanwezig.
En heb je ook jouw kinderen gestimuleerd?
Ik heb heel veel voorgelezen, ja. En ik ben aan het voorlezen voor de kleinkinderen. Dat vind ik fantastisch. En in principe nooit twee keer opnieuw hetzelfde verhaal, al hebben ze hun favorieten en vragen ze wel eens hetzelfde opnieuw te lezen. We hebben heel veel boeken in huis. Ik heb ze niet weggedaan. Ze staan allemaal klaar voor hen. Afhankelijk van de leeftijd, ook voor de kleinkinderen.
Er wordt gezegd dat er 100 boeken in een huis moeten zijn, om leesbevorderend te werken.
Oh die zijn er. Ze staan bij ons ook heel centraal: in de living heb ik een grote boekenkast. Als er geen plek meer is, heb ik een goede plek om ze naartoe te doen. Er is zo'n boekenkastje in de straat, daar zet ik af en toe een boek in.
Je hebt natuurlijk vanuit je beroep verplichte dingen die je moet lezen. Hoe kies je dan de boeken die niet verplicht zijn?
Daar laat ik mij ook leiden door dingen die in de krant staan hoor. Die getipt worden of via via. En een hele goeie boekhandel. Ik heb een vaste boekhandel en als Lies mij ziet binnenkomen, zegt ze vaak: wacht ik heb iets voor jou. Zo kom ik heel vaak op goede tips.
Als een boekhandelaar een klant een boek moet aanraden dan hoor ik die vaak vragen, wat lees je graag, maar moet die misschien niet eerder uitnodigen eens iets heel anders te lezen?
Het is heel moeilijk, iemand iets aanraden. Maar ik merk wel dat ik een beetje in hetzelfde segment zit van de romans. Alleen op vakantie zal ik misschien wel eens een thriller meenemen, maar voor de rest niet.
Eén van de boeken die ik wil noemen, is me aangeprezen worden door Rik Van Puymbroeck, de journalist en schrijver. Die had op Facebook gezet dat dat zeer goed was, Waak over haar, van Jean-Baptiste Andrea. Dus ik ga naar de boekhandel, ik zeg tegen Lies, heb je Waak over haar en Lies haar ogen beginnen te schitteren. Dan weet je, wow, er zijn al twee mensen waarvan ik weet, die hebben een goede smaak, die mij dit boek aanraden.

Ik heb op een bepaald moment ook veel geleurd met Amos Oz, Een verhaal van liefde en duisternis. Omdat daar een prachtige passage in staat. Ik gebruikte die ook altijd in de cursus interviewen. Amos Oz vertelt op een bepaald moment waarom zijn grootvader na de dood van zijn grootmoeder zoveel succes had bij de vrouwen. Hij beschrijft in één bladzijde lang dat die grootvader zo goed kon luisteren, maar op alle mogelijke verschillende manieren.
Luisteren, iets wat we soms zo moeilijk kunnen.
Nieuwsgierig zijn en luisteren. Dat is alles. Het moeilijkste aan luisteren is dat je snel met je eigen verhaal, je eigen mening wil komen. Interviewen is iets anders dan een gesprek. Als we nu zouden zitten babbelen, dan zouden we meer heen en weer gaan. Bij luisteren moet je ook stiltes kunnen laten zijn, maar dat gaat niet altijd in een radio of tv-context omdat je daar dan snel moet zijn. Soms heb je 10, 12 minuten voor een gesprek.
Terwijl als je een interview doet om op te nemen en te verwerken voor een docu of voor een artikel, dan heb je tijd. Dan kan je die tijd nemen. In opgenomen interviews voor docu’s bijvoorbeeld, die duren anderhalf uur of zo, daar komen misschien ook maar tien minuten uit. Dat is totaal iets anders dan de tien minuten die je onder tijdsdruk hebt moeten doen. Daar kom je veel meer tussen.
Ik blijf nog altijd graag luisteren. Dus ik blijf hopen dat er mensen zijn die ook graag luisteren.
En traag lezen?
Ik ben een snelle lezer en daar moet ik mee opletten. Want soms als ik hetzelfde boek gelezen heb als iemand anders, voel ik dat die er nog andere dingen uitgehaald heeft dan ik omdat ik te snel gelezen heb.
Is dat uit de professionele noodzaak? Dat je je moet voorbereiden? Nog veel andere bronnen wil raadplegen?
Ja, dat je veel, veel wil gelezen hebben. Ik denk dat je dat van kind af meekrijgt. Mijn vader heeft de lat altijd heel hoog gelegd. En als je 93% had, dan zei hij dat is 7% te weinig om 100% te hebben. Dus het moest altijd maar beter, beter en dan beter. Ik ging meer en meer studeren en zo zit die arbeidsethos ervan thuis uit in. Ik zie dat bij mijn zussen en broers ook.
Heb je dan nu ook in uw keuze van het lezen dat je te veel tot u wilt nemen?
Nee, dat gaat. Ik probeer heel selectief te zijn. Ik stop ook met een boek als het mij niet boeit. Dat deed ik vroeger niet. Ik dacht oké, ik moet dat boek uitlezen. Dat doe ik niet meer.
Maar als ik denk dat ik er misschien toch nog iets kan uithalen, dan lees ik wel door. Bijvoorbeeld, ik heb er nu een bij. Ik mag een reeks maken over femicide. Een collega had mij een boek gestuurd. Liliana's Onoverwinnelijke Zomer van Cristina Rivera Garza, een autobiografisch verhaal. Een schrijfster haar zus is vermoord door de toenmalige vriend en het gaat over haar zoektocht naar gerechtigheid.
Het is een goed boek omdat het heel goed beschrijft wat er met dat meisje gebeurd is. En omdat ze het doet op manieren die ik misschien ook kan gebruiken in de reeks.

Dat is lezen om inspiratie te vinden. Anders is het om die andere werelden te leren kennen, om schoonheid, taal. Dingen mooi verwoord zien, een verhaal goed opgebouwd zien, meegesleept worden, dat allemaal.
Ik had gevraagd of je eventueel een aantal boeken wou meenemen. Je hebt er al één opgediept.
Dat is altijd een keuze van het moment bij mij, over vijf jaar zal dat iets anders zijn dan wat ik u nu aanraad. Omdat het boeken zijn die ik nu gelezen heb en die nu bovenaan liggen in mijn, ik weet niet in welke hersencel, van 'dit moet iedereen lezen'.
Wel, dan is het dus Waak over haar van Jean- Baptiste Andrea. Omdat het lang geleden was dat ik zo'n mooi verhaal gelezen had. Echt een page turner. Een liefdesverhaal. Een verhaal van een andere tijd, een heel andere wereld, Italië, beeldhouwers, daarom.
En wat ik ook gelezen heb, zeer recent, omdat ik haar heb mogen interviewen, was Autobiografie van mijn lichaam van Lize Spit. Vind ik echt een supergoed boek. De manier waarop ze de relatie met haar moeder, met haar lichaam beschrijft, dat vind ik echt enorm sterk.

En het derde boek: vorige zomer stond er in Humo een interview met Bart de Wever. En die haalde een citaat boven uit De dagelijkse stoïcijn van Ryan Holiday. Ik heb dat boek besteld. en dat ligt op mijn nachtkastje. Het is een reeks van 366 overpeinzingen, dus elke dag eentje. Ik lees niet elke dag, soms doe ik zo eens vijf na elkaar.
Het zijn altijd citaten van stoïcijnen waar dan een stuk commentaar bij gegeven wordt. Mooi. Het is niet gemakkelijk, hè, stoïcijn zijn. Zo bijvoorbeeld: "Je carrière is geen levenslange veroordeling."

En waarom pik je dit eruit?
Lees het eerst eens (lacht).
Ok 😉
