Dwalen langs de vele gestalten die het kwaad in literatuur aanneemt
Jaap Goedegebuure (1947) doceerde letterkunde aan de universiteiten van Leiden, West-Berlijn, Tilburg en Nijmegen. Hij publiceerde boeken over onder meer H. Marsman, Jeroen Brouwers, Frans Kellendonk, het fin de siècle, literatuur en religie, en over poëzie en mystiek. Sinds 1975 recenseert hij voor kranten en tijdschriften. In 2022 publiceerde hij Door de jaren heen lezen, biografische notities van literaire auteurs: Gerard Reve, Harry Mulisch, Doeschka Meijsing, Boudewijn Büch, Rogi Wieg, F. Springer en vele anderen.
In 2025 verscheen zijn boek over de verbeelding van het kwaad in Nederlandse en Vlaamse literatuur, een werk waar hij gedurende acht jaar aan werkte.
In dit pareltje bewegen we ons langs verderf en het verderfelijke.
In Sympathie voor de duivel laat Jaap Goedegebuure zien hoe Nederlandse schrijvers, van Louis Couperus tot en met Manon Uphoff, de fascinatie voor het kwaad hebben verbeeld. Hun werk confronteert ons met het kwaad dat men bedrijft om er lust aan te beleven, lust zoals die wordt beschreven door Jacob Israël de Haan, bezongen door Slauerhoff, en beleefd door de personages van Simon Vestdijk, A.F.Th. van Heijden en Arnon Grunberg. Er is het kwaad van de oorlogsmisdadigers die Harry Mulisch en Louis Ferron ten tonele voeren, het satanische kwaad dat Renate Dorrestein en Thomas Rosenboom oproepen, en het zoet smakende maar niettemin giftige kwaad in de romans en verhalen van Manon Uphoff.
Dat het kwaad eigen is aan de mens, zo opent dit buitengewoon prikkelende en goed geschreven boek, is moeilijk te loochenen. Het wemelt in de menselijke geschiedenis van moordenaars, sadisten, verkrachters, dierenbeulen, van gewetenloze tirannen, dictators, sekteleiders, berekenende managers en andere leidinggevenden. Opvallend is dat het kwaad in dit boek meestal een kwaad vol verbeelding is—doordacht, vormgegeven, vaak met een zekere esthetiek—het kwaad van de onverschilligheid of afstomping speelt minder een rol, al zijn ook daar in kunst en literatuur voldoende vertegenwoordigers van te vinden, en treft de auteur het in het werk van Ferron.
Welke schrijvers komen hier aan het woord en over welke kwaden… via welke personages, met welke stijlmiddelen denken ze na over het kwaad en op welke denkers, filosofen, kunstenaars leunen ze? Bataille, de Sade, Baudelaire, Nietzsche, Camus. Het katholicisme, religie, atheïsme, zwarte romantiek, nihilisme…
Sympathie voor de Duivel is een uitzonderlijk rijk en doordacht werk, een prachtig prisma, een boek dat uitnodigt en stimuleert om verder te denken, om dwarsverbanden te leggen, om te blijven dwalen langs de vele gestalten die het kwaad in de literatuur heeft aangenomen en zal blijven aannemen.