Redacteur Katja vindt troost in boeken en gesprekken met mensen over literatuur

26 oktober 2022

Op donderdag 21 oktober trakteerde Antwerpen Leest de Antwerpenaar op een beetje troost in Bibliotheek Bist. Troost door Literatuur, meer bepaald, iets wat we in deze jachtige crisistijden allemaal wel kunnen gebruiken. Nadat Sylvie Moors ons wat meer inzicht bood over de manieren waarop Literatuur troostend en zingevend werkt, interviewde ze Katja Verbeeck, stadslezer en redacteur van het eerste uur. Katja vertelde met verve én humor hoe zij troost vindt in boeken, maar zeker ook via haar gesprekken met schrijvers voor Antwerpen Leest.

We keren terug naar 2020, start van de coronapandemie. Het is voor iedereen een zware periode, het sociale leven ligt plat. Voor Katja is dit het moment waarop ze de diagnose borstkanker krijgt, wat betekent dat ze letterlijk niet meer naar buiten kan. De start van een heel eenzame periode, waarin ze oude passies herontdekt: lezen en schrijven. Tegelijkertijd start Antwerpen Leest met digitale initiatieven om mensen dichter bij elkaar te brengen via literatuur. Hun oproep voor redacteurs valt bij Katja niet in dovemansoren.

Katja Verbeeck: “Via Antwerpen Leest kwam ik in aanraking met nieuwe boeken en de schrijvers die erachter zitten. Gesprekken, die vaak over veel meer gingen dan enkel over hun boeken. Het gaf me iets om naar uit te kijken tussen ziekenhuisbezoeken door.”


Hoe is jouw passie voor literatuur ontstaan?

“Ik ben altijd een fervent lezer geweest: als kind verslond ik vooral strips en de boeken van Thea Beckman. Later begon ik een dagboek bij te houden. Dat verdween even naar de achtergrond toen ik kinderen kreeg, al bleef ik wel lezen. Een boek brengt me tot rust. Het is een vlucht uit de realiteit, even verdwijnen uit de hectiek van de dag.”

Kreeg je die passie voor boeken mee vanuit je ouders?

“Nee, dat vuur heb ik zelf aangestoken (lacht). Lezen was niet iets wat in ons gezin aangemoedigd werd. Af en toe slingerde er eens een boek rond, maar dat was het zo ongeveer. Zelf vond ik het als mama wel belangrijk om lezen te stimuleren. Scholen doen vaak het omgekeerde door lezen te verplichten, dat is jammer.”

Hoe vind jij troost in literatuur?

“Mijn diagnose en het gebrek aan sociaal contact tijdens de coronaperiode gaf me veel tijd om te lezen. Ook Antwerpen Leest kwam toen tot leven. Ik startte terug met lezen, daarna recenseren en later ook interviews met schrijvers. Die gesprekken waren iets om naar uit te kijken tussen ziekenhuisbezoeken door.”

Welke boeken hebben een bijzondere betekenis voor jou?

“Het boek ‘Moet Just Niks’, omdat ik niet graag de regeltjes volg. We moeten al zoveel, dus alles wat je naar je hand kan zetten is mooi meegenomen. Ik volg altijd mijn eigen weg en loop vaak naast het pad. Uit het boek haalde ik al diverse levenstips, zoals ‘poets niet te veel’. Als je een vlek ziet, haal die dan weg. Daarvoor hoef je niet meteen de hele vloer te dweilen.

Ook ‘Het moois wat we delen’ vind ik een bijzonder boek. De niet voor de hand-liggende connectie tussen een bejaarde Vlaamse man en een Marokkaans meisjes is prachtig, omdat ‘ik’ en ‘zij’ uiteindelijk ‘wij’ worden. Het is een verhaal over verbinding, iets wat we moeilijk vinden. Mensen zouden beter naar elkaar luisteren en openstaan voor elkaar, dat zou de wereld veel mooier maken. De schrijver heb ik leren kennen via mijn dochters, die met zijn boeken in aanraking kwamen via school.”

Hoe ga jij op zoek naar literatuur?

“Vaak vind ik de boeken zelf, via de media bijvoorbeeld. Soms krijg ik tips van anderen of via Antwerpen Leest. Ik heb een heel uitgebreide boekeninteresse en via die passie heb ik al veel boeiende gesprekken gehad. Dat gaat van een tienermeisje dat een eerste boek schreef, een rapper, bekende schrijvers tot een advocaat die een boek over zijn jeugd schreef. Met die laatste heb ik een heel open en aangrijpend gesprek gehad. Hij drukte me op het hart dat ik moet durven springen. Dat was een eye opener voor mij.”

Durf ik stellen dat je niet enkel troost vindt in literatuur maar ook in de gesprekken die je erover hebt met mensen?

“Dat is zeker zo. We beginnen te praten over de boeken, maar vaak gaat het gesprek al snel veel dieper en kom je meer te weten over de schrijver als mens. Je komt soms ook zelf tot andere inzichten. Met dichter Seckou verliep de communicatie aanvankelijk wat moeizaam, de afspraak werd verschillende keren verplaatst, langs beide kanten. Uiteindelijk werden het twee afspraken, van telkens twee uur. Hij ziet literatuur anders dan ik. Slammen en rappen is voor hem net zo goed literatuur als een gedicht of een boek. Verder heb ik mooie gesprekken gehad over liefde, man/vrouw relaties, … Gesprekken met schrijvers leren mij ook dingen bij.

Je hebt nog een boek bij waar je iets over wil vertellen. Welk boek is dat?

“Lara, het boek van en mama die recent overleden is aan kanker. Ik heb nooit de kans gehad haar te interviewen. Het is heftig voor mij om haar verhaal te lezen, tegelijk voel ik me er dankbaar door dat ik vijftig ben mogen worden. Dat heeft zij nooit mogen meemaken. Ik word grijs, krijg rimpels, joepie (lacht)! Door dit boek heb ik daar meer dankbaarheid door gekregen. Ik weet niet wat de toekomst brengt, maar vandaag ben ik er nog. En dat is heel veel.”


Katja Verbeeck: “Literatuur brengt me vooral dankbaarheid bij, omdat ik er nog ben. Dat is heel wat om dankbaar voor te zijn.”