'Net echt' - interview met Saskia De Coster

7 juni 2023

Tekst: Katja Verbeeck, foto: Johan Jacobs

Saskia de Coster, wie kent haar niet? Schrijfster met verschillende onderscheidingen op haar naam, auteur die zich vrijwillig een maand liet opsluiten in het KMSKA om te schrijven aan haar laatste boek” Net echt”. Tijd voor onze redactrice Katja om de boekvoorstelling bij te wonen, in gesprek te gaan én een cocktail te drinken!

Wie is Saskia de Coster?

Ik ben schrijver, dat is wat mij voortdrijft. En ik ben mama van een negenjarige basketbalspeler. Verder ben ik ook een nieuwsgierig iemand die heel graag snuffelt en zoekt. Eerder zoekt dan vindt.

Was schrijfster worden je kinderdroom?

Dat was geen droom, dat was een zekerheid. Ik heb nooit gedacht dat het me niet zou lukken. Als kind zei ik al dat ik nooit ging werken want “ik ging schrijfster worden”. Niet alleen schrijven maar ook knutselen en zo, ik wist zeker dat ik iets creatiefs ging doen. Ik schreef dagboeken vol maar ik boog ook lepeltjes om.

Schrijven is herbekijken, verbeteren en weten welke richting je wil uitgaan. Wat vind je het moeilijkste en het leukste aan schrijverschap?

Het moeilijkste zijn de momenten van twijfel, als je de connectie met een tekst kwijt bent. In een relatie kan je dat ook hebben, dat je het niet meer voelt en je jezelf afvraagt of je de connectie gaat terugvinden of niet. Wat ik ook moeilijk vind is het commentaar van anderen. Tijdens het schijven zelf zijn de fijnste momenten als je er echt helemaal in zit. Ik kan bijna echt praten met mijn personages. Bij mijn recente boek “Net echt” was er een magische dag, 16 februari, waarin alles in elkaar klikte. Zo’n gevoel is heel zeldzaam.

Groeien jouw boeken organisch of weet je op voorhand al goed over wat jouw boek/verhaal zal gaan?

Ik denk altijd dat ik een structuur ga maken maar dat loopt altijd fout. Ik heb ondertussen gemerkt dat mijn manier van werken organisch is. Klimop die overal tussen groeit, je kan dat niet altijd sturen. Mijn verhaallijn ligt in grote lijnen natuurlijk vast maar het groeit gaandeweg.

Je schreef van 2002 tot nu al veel boeken waarvoor je ook al meerdere onderscheidingen kreeg. Hoe begin jij meestal aan een boek?

Heel vaag. Nu is er een boek af en dan weet ik dat het speelveld weer openligt. Het gebeurt heel vaak dat van het ene boek het andere voortkomt. In “Net echt” is het huis een personage. Ik wou er eerst een echt spookverhaal van maken, het huiselijke heeft ook iets bedreigend en daar komen die spookverhalen vandaan. Soms zijn er ook gebeurtenissen waarvan ik voel dat ik er iets mee moet doen. In een periode dat ik slecht sliep en ronddoolde in de nacht, had ik een beeld van een kind in een raam, mijn eigen kind. Van zo’n beeld weet ik dan: daar moet ik over schrijven. Een schrijfplek heb ik niet, ik ben ondertussen zo bedreven in het schrijven dat ik overal zou kunnen schrijven. Zelfs een maand lang in een museum (lacht). Het geeft vrijheid te weten dat ik geen vaste plek nodig heb om te schrijven. Dat is het grote voordeel aan schrijven, dat je niet vasthangt aan tien liter verf maar overal je ding kan doen.

In je boek “Nachtouders” is er sprake van een minnares, je boek “Maart” gaat over affaires en in je recente boek gaat het over overspel. Wat is daar volgens jou zo fascinerend aan?

Het zelfverlies denk ik. Het is een illusie dat een gezin een complete geborgenheid geeft en daar tegenover staat dat een vlucht ook iets geweldigs heeft, een soort spanning of kick van ergens mee weg te komen. Communicatie is belangrijk maar woorden zijn ook maar woorden. Moet je je partner echt alles zeggen of is dat niet nodig?

Zit er in elk boek iets van jezelf in?

Absoluut! Wie daar nee op antwoord moet niet schrijven. Ik zou niet weten waarom je zou schrijven als er geen stuk van jezelf in zit. Ik voel mij altijd absoluut verbonden met de onderwerpen of de zaken die me bezighouden.

Wat doe je om even uit je schrijfbubbel te komen?

Hardlopen. Dat is voor mij dé manier. Mijn kind is ook een goede manier om alles achter mij te laten. Je hebt je ogen en aandacht nodig voor dat kind, al is het maar om de billen af te vegen.

Wat is literatuur voor jou?

Eigenlijk is het een bijzondere manier om mensen te ontmoeten, als schrijver én als lezer, tussen de bladzijden door. Op een manier die nergens anders zo kan. Zo intiem zijn via woorden, de woorden zijn de bouwstenen om samen in een huisje te kruipen.

Autofictie is in. Waarom lezen mensen graag over de gewone alledaagse dingen in het leven?

Ik denk dat er verschillende kanten aan zijn. Ik denk dat het nu zo benoemd wordt maar dat het eigenlijk altijd zo is geweest. Ik schrijf autofictie maar ik doe er een mal rond. Als het over relationele dingen gaat is het typisch vrouwelijk, huishoudelijke onderwerpen ook. Ik vind dat een beetje vervelend, daarom dat ik ervoor terugdeins, omdat het ons dan precies klein maakt. Maar anderzijds is het wel waar dat we een sterke behoefte hebben om onze levens te delen. Denk maar aan sociale media. Onderwerpen die moeilijker liggen krijgen herkenning en daar hebben mensen nood aan. Ik merk dat bij mezelf ook. Je wil verbinding voelen met mensen en waar ze mee bezig zijn. Die herkenning is zeker één van de redenen dat mensen willen lezen over de dagelijkse dingen in het leven.

Ben je zelf een lezer en zo ja, welk genre?

Ik lees veel boeken van collega’s. Ik lees vooral uit nieuwsgierigheid. Ik lees ook veel actualiteit en Engelstalige literatuur. Op mijn nachtkastje liggen boeken waar ik nu terug tijd en ruimte voor heb om te lezen, nu mijn eigen boek klaar is.

Je leefde een maand lang in een kleine ruimte achter een glazen wand in het Antwerps Museum voor Schone kunsten, om de laatste hand te leggen aan je nieuwe roman. Vanwaar dit idee en hoe heb je het ervaren?

Mijn creatieve partner, tevens de andere mama van mijn zoontje, speelde met dat idee omdat we publieksparticipatie belangrijk vinden, belangrijk dat er publiek en mensen zijn en dit was eigenlijk in die lijn. Zij heeft mij vaak meegemaakt in de laatste fase van een boek, geïsoleerd in een cocon, zonder sociaal leven. Maar eigenlijk hou ik ervan om te schrijven omringd door mensen, dus zo kwamen we op het idee om te schijven op een plek waar iedereen het kon zien. De aanloop van schrijven in het museum vond ik heel spannend, ik hou ervan om een beetje risico te lopen. Als ik nu in de buurt kom van het KMSK word ik helemaal blij. Deze ervaring was buitengewoon en zoals in een droom. Ik sliep onder Van Gogh en Rubens was altijd in mijn buurt. In plaats van bang te zijn, was er het grote besef dat ik het voorrecht had om in deze unieke setting te werken. D Al die kunstwerken zijn honderden miljoenen euro’s waard, ik heb me dus erg veilig gevoeld. Ik heb ook nooit koud gehad, het is daar een constante temperatuur van 19 graden omdat dit moet voor de kunstwerken. Echt aangenaam. Ik kan niet zeggen dat ik iets heb gemist, het was gewoon hier en nu. De bezoekers hebben me ook ongelooflijk veel gegeven, dat gaf energie en was bijzonder. De moeilijkste momenten waren in de week voor ik wist dat ik er terug uit moest. Ik moest terug naar het echte leven en begon te panikeren. Zo graag was ik daar dus...

Vanavond kom ik luisteren naar je boekvoorstelling “Net echt”, maar waarover gaat je nieuwe boek?

Het is het verhaal van een gezin dat in Borgerhout woont, een wit middenklasse gezin met een moeder vader en een dochter, waarin ik ook eigen ervaringen heb verwerkt. Op een gegeven moment is de dochter aan het puberen, barst van de verlangens om de liefde te ontdekken. Er komt een schaduw over het gezin, er gebeurt immers overspel. Vader als huisman wordt verliefd op de buurvouw en dan valt alles uit elkaar. Hoe is dit kunnen gebeuren en waar is het fout gegaan? Hoe ontstaan scheuren in levens? Het gaat dus over dit soort vragen en zoektocht in het leven. Iedereen speelt een rol in iemands leven. In het boek vraagt de man zich af wat hij betekent als huisman hij zoekt spanning en opwinding ergens anders. Er gebeuren dingen in mensen hun leven met soms dramatische gevolgen.


Saskia DC Net Echt

Ik schreef ooit een recensie over je boek “Nachtouders” dus ik ben vereerd enkele jaren later met jou in deze koffiebar te mogen zitten. Ik vond je boek toen vooral zo mooi omdat je je afvraagt of je als niet biologische ouder ook een echte mama kan zijn en of je wel kan leren een ouder te worden. Dit staat los van het lesbisch zijn, want ook nieuw samengestelde gezinnen kunnen deze vraag stellen denk ik dan. Stel je je dan niet heel kwetsbaar op, om over zoiets te schrijven?

Ja, maar dat is het risico dat je neemt als schrijver. Als er niks in de weegschaal ligt is er ook geen passie. Het feit dat in het boek overspel aan bod komt is inderdaad iets dat ik zelf meemaakte en waar ik absoluut niet trots op ben. Maar ik ben er ook niet beschaamd over om daarover te schrijven. Je moet door die schaamte kunnen gaan om verder te kijken, jezelf af te vragen waarom bepaalde dingen zijn gebeurd. Ik heb hier ook enorm veel reactie op gekregen want iedereen heeft zoiets wel eens meegemaakt van ver of dichtbij, als dader of als slachtoffer als je het zo wil noemen. Daarom doe ik dit ook, niet om publiekelijk te gaan biechten of omdat ik therapie nodig heb. Ik vind het belangrijk om dingen die minder evident zijn maar toch herkenbaar voor velen, bespreekbaar te maken. Hierover praten doet misschien pijn, maar het is nodig om verder te kunnen. Ik hoop ook dat mijn boek een aanleiding kan zijn tot een gesprek over dit onderwerp.

Stel, je mag een avond op stap met je favoriete auteur. Wie zou het zijn?

Mag die ook dood zijn? Voor mij zou dat Virginia Woolf zijn. Dat was een enorme roddeltante, heerlijk. In haar dagboeken heeft zij voor alles oog, zij is echt briljant. Oog voor detail, een boeiende en scherpzinnige vrouw.

Saskia, bedankt dat ik vanavond in het mooie KMSK je boekvoorstelling mag bijwonen. Zoek jij altijd bijzondere plekken uit om je werk voor te stellen aan het publiek?

Ja! Dit boek moest een feest worden en deze plek is bijzonder dus vond ik dat het nergens beter kon dan hier. En niet te vergeten, de bar hier heeft enorm goede cocktails, dat is ook een pluspunt. Het gaat geen lange boekvoorstelling zijn, het moet een feest worden. Een bijzonder locatie maakt deel uit van een voorstelling. Voor een volgend boek zal het weer iets anders worden, misschien een ondergrondse parking?

Tot slot, wie is Saskia de Coster in een aantal woorden?

Koppig, wat nodig is om te schrijven. Gulzig en zoekend.

Bedankt voor het boeiende gesprek!