Poëzie, bekend om zijn speels en vernieuwend karakter
Publius Ovidius Naso ‘s poëzie staat bekend om zijn speelse en vernieuwende karakter, vooral in de manier waarop wordt omgegaan met traditionele verhalen en genres. Zijn bekendste werken zijn de Metamorphosen, een mythologisch epos, de Heroides, een verzameling brieven van voornamelijk mythologische vrouwen aan hun minnaars, de Ars amatoria, een leerdicht over verleidingstechnieken en de Amores, een verzameling elegieën. Ook schreef Ovidius tijdens zijn verbanning aan de Zwarte Zee de gedichtenbundels Tristia en de Epistulae ex Ponto.
Hij is eveneens bekend om zijn onvoltooide Fasti, een gedicht over de Romeinse kalender en een belangrijke historische bron over Romeinse feesten.
De poëzie van Ovidius is veelvuldig geïmiteerd tijdens de Late Oudheid en de Middeleeuwen en heeft een grote invloed gehad op de Europese kunst en literatuur. Die invloed bestaat nog altijd. Er komen nog regelmatig nieuwe vertalingen uit.
Classicus, vertaler en schrijver Stefan van den Broeck laat in een vijfdelige romancyclus Naso's Plejaden zeven vrouwen vertellen over Ovidius' en hun verhaal. In deel I praat Isidorus met Ovidius' moeder Statulia. Zij vertelt over een betere tijd in haar thuisstad Sulmo, haar huwelijk met Ovidius' vader, hun familie, vrienden en contacten in Sulmo en Rome, en de jeugd van haar zoons Lucius en Publius, die in 30 v. Chr. tot haar spijt voorgoed naar Rome vertrekken voor hun verdere opleiding. De verhalen zitten eigenlijk ingebed in de zoektocht naar bronnen voor zijn scriptie die een student Isidoor François maakt over de dichter Publius Ovidius Naso. Time Acces Sound & Image Engine versmelt zijn bewustzijn met dat van Isispriester Isidorus in 1 n. Christus. Die krijgt opdracht van Isis om Ovidius' leven - dat voor de goden vitale informatie zou bevatten - op te tekenen.
Elke vrouw vertelt een deel van haar (en zo ook van Ovidius’) leven, telkens in een andere vorm: interview, memoires, dagboek, brieven, ... Ook zijn ballingschap wordt verklaard. Het Rome van het eind van de 1ste E. v. Chr. en het begin van de 1ste E. n. Chr. komt daarbij in al zijn details tot leven. Er is ruime aandacht voor de poëzie van Ovidius en anderen (in vertaling), ook voor enkele niet eerder bekende gedichten (in het Latijn, met vertaling). In deel I wordt de lezer al meteen gecharmeerd door de originele opbouw van het geheel.
Het idee dat er nog vier verrassende delen zullen volgen is een prettig vooruitzicht voor de geboeide lezer!